Het strategisch plan van de Minister van Defensie

Steven Vandeput

Het worden 25 000 personeelsleden en 9,2 milliard Euro.

Op 17 januari 2016 stelde de Minister van Defensie zijn strategisch plan voor aan de leden van de Commissie Defensie tijdens een openbare zitting. De Minister stelt voor Defensie te bekijken vanuit een ander daglicht. Het eerste deel van de voorstelling ging over de dreigingen waarop Defensie zich zou moeten voorbereiden.

 De wereld is in verandering en de dreigingen veranderen ook. De Koude Oorlog is gedaan, ziehier de criminaliteit en traffieken allerhande, vluchtelingen, terrorisme, cybercriminaliteit,bedreigingen op de maritieme aanvoerroutes, klimaatveranderingen, politieke veranderingen in het Oosten…Om deze nieuwe uitdagingen het hoofd te bieden wenst hij Defensie te sturen naar een structuur gebaseerd op capaciteiten waarin de huidige Componenten een min of meer vooraanstaande rol zullen spelen.

 Vier capacitaire dimensies-Lucht, Land,Zee en Cyber- vormen de ruggegraat van de nieuwe Defensie en een vijfde  zal steun leveren. Deze vijf capacitaire dimensies zullen vorm krijgen tussen vandaag en 2030. De Minister heeft voor hen de kosten en investeringen voorzien, heeft een type investering voorgesteld en het aantal voorziene personeelsleden bepaald. De Minister van Defensie was duidelijk. Niemand kan hem op deze punten bekritiseren. Tevens is hij de eerste sinds lange tijd die belangrijke investeringkredieten voor Defensie kon bekomen. Terzelfde tijd herinnerde hij er aan dat de core-business van Defensie draait rond de collectieve verdediging, de collectieve veiligheid en de bescherming van onze landgenoten in het buitenland. In mindere mate kan Defensie tussenkomen in de steun aan de binnenlandse veiligheid van het land – we zijn al een jaar aanwezig in de straten – en humanitaire hulp in België en het buitenland.

 Het worden dus 25 000 personeelsleden en 9,2 milliard Euro. Maar zelfs al weet Defensie waar ze naartoe gaat, ze weet nog niet hoe ze er zal geraken. Het is echter op dit punt dat het moeilijk kan worden en kan uitglijden indien de sociale partners niet alert zijn. De cruciale punten voor Defensie zijn :

1. Het pensioen

 Vanaf 1 januari 2009  is de leeftijd voor het pensioen :

• Voor  al de militairen 56 jaar

• Voor de generaals-majoor 58 jaar

• Voor de Luitenant-generaals 61 jaar

Tussentijdse maatregelen werden over 5 jaar voorzien en berekend als volgt :

• Het pensioen mag worden opgenomen voor 2015 , minimum leeftijd behouden op  51 jaar

• Het pensioen   opgenomen voor 2016, de minimale leeftijd is 52 jaar

• Het pensioen opgenomen voor 2017, de minimale leeftijd  is 53 jaar

• Het pensioen opgenomen voor 2018, de minimale leeftijd is 54 jaar

• Het pensioen opgenomen voor 2019, de minimale leeftijd is 55 jaar

• Het pensioen opgenomen voor 2020, de minimale leeftijd is 56 jaar

Vanaf 2012 wordt het pensioen berekend over een gemiddelde van de laatste 10 jaar.

 Vandaag is er op regeringsniveau nog geen enkel akkoord voor een pensioen op 58 jaar, over een berekening van het gemiddelde over meer dan de 10 laatste jaren en over een activiteitencumul beperkt of zeer beperkt tot 65 jaar.

 Maar er komen onderhandelingen.

 De link naar het rapport van het Rekenhof.

 2. Sluiting van kwartieren en basissen

 De laatste jaren is het niet de eerste keer dat Defensie zal overgaan tot sluitingen van kwartieren en basissen. Het is waar dat er sluitingen zullen zijn maar het is tijd coherent te zijn bij deze sluitingen.

 Indien we de minister volgen doorheen zijn strategisch plan dan moeten wij ons op korte termijn verwachten aan het verdwijnen van de V-SHORAD, de A 109 helikopters, de SAR en de vliegtuigen van de « Witte » vloot. Dit geeft aan waar te kijken. We zullen er ook over moeten waken dat het personeel dat onderworpen wordt aan verplichte affectatiewijzigingen kan terugvallen op tijdelijke maatregelen of compensaties. Ook zal de Generale Staf duidelijk moeten communiceren om schadelijke geruchten te vermijden. Een militair moet zich goed in zijn vel voelen om operationneel te zijn. De minister heeft gewaarschuwd : de onderhandelingen zullen gebeuren tussen zijn Kabinet, de Generale staf en de sociale partners.

 3.Personeelsinkrimping

 De leeftijdspiramide zal omdraaien tussen 2018 en 2022. Naakte ontslagen zijn niet aan de orde. Pensionneringen zullen voldoende zijn. MAAR de grote uitdaging zal erin bestaan de vertrekkenden te vervangen door nieuwe recruteringen zonder dat onze militairen in hun sociale rechten worden gepenaliseerd.

 Twee tegenstrijdigheden worden duidelijk in dit strategisch plan van de minister :

a. Men wenst het personeelsaantal te verminderen maar verlengt tegelijkertijd zijn diensttijd . b. Men bepaalt de te ontbinden eenheden maar men zegt niets over de conversie van het personeel !

PROdef.be zal niet rechtstreeks kunnen deelnemen aan de onderhandelingen als sociale partner. Daarvoor moet PROdef een ledenbestand hebben dat 5% van de actieve militairen uitmaakt, ttz +/- 1500 leden. Wij geven ons echter niet gewonnen! We zullen contact opnemen met onze collega’s sociale partners en zullen proberen hen te sensibiliseren voor onze voorstellen. En ze te steunen tijdens de onderhandelingen die cruciaal zullen zijn voor de toekomst van de militair.

 PROdef.be wenst ook dat de sociale partners meer actief optreden inzake de premies die de militairen ontvangen tijdens opdrachten.

Het is ontoelaatbaar dat een militaire een lagere vergoeding krijgt dan een politieagent tijdens de uitvoering van patrouilles in onze straten. Bij onze buren wordt dit geval per geval besproken. Waarom kan dat niet bij ons ?

 PROdef.be is ook voorstander van een betere samenwerking tussen de Generale Staf en de sociale partners in het kader van het beslissingsproces. PROdef wenst de Hoofdofficieren te helpen en niet beschouwd te worden als  een obstakel. Veel frustraties zouden zodoende kunnen vermeden worden.

 PROdef.be betreurt tenslotte dat de Minister helemaal niets vermeld heeft aangaande zijn visie over het CDSCA, het Nationaal Carthografish Insituut, het statuut van de Veteranen, het Nationaal instituut voor Oud-Strijders en Oorlogsinvaliden en het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis.

De Minister kan altijd stellen dat deze instellingen niet tot de core-busines van Defensie horen, maar de militiaren die in deze instituten werken vormen wel een uitstalraam voor Defensie. Onze bekommeris gaat uit naar het KLM waar de huidige burger-en militaire directie ons het ergste doen vrezen. Ook het INIOO, dat zopas een nieuwe directeur heeft gekregen met de terugkerende Luitenant-generaal Baudoin Somers. Zijn aankomst gaat gepaard met geruchten rond het opdoeken van dit instituut. Het wordt tijd dat de minister zich uitspreekt over de toekomst van het KLM en het INIOO. Defensie heeft zijn tradities die deel uitmaken van de geschiedenis van dit land. Respect voor al onze militairen !

 

---

Onze militaire aanwezigheid  in de straten wordt verlengd.

De veiligheidssituatie was zodanig precair dat onze militairen ter versterking werden opgeroepen.Tijdens de maand Januari 2016 hebben wij ons eerste volledig jaar  aanwezigheid gevierd, 1 jaar dat onze militairen in onze straten patrouilleren en 9000 manschappen werden ontplooid. Een indrukwekkend cijfer en een zeer grote tevredenheid.

Gedurende het afgelopen jaar hebben ze hun efficiëntie,professionalisme en competentie getoond. Het land had hen nodig en ze waren klaar om de uitdaging aan te gaan, met succes, zelfs al bevindt dit zich buiten hun bevoegheid .

 Zelfs al hebben de politieke verantwoordelijken hun verantwoordelijkheid in moeilijke ogenblikken opgenomen mogen ze niet in gemakzucht vervallen als de situatie zich normaliseerd. Net zoals het OCAD die het veiligheidsniveau verhoogt of verlaagd wordt de aanwezigheid van militairen in vraag gesteld. Het is niet aan de militaire overheid om politieke beslissingen in twijfel te trekken maar het is wel zijn rol om duidelijk naar de manschappen te communiceren. Het is niet aan ons om antwoorden te geven, militairen zijn gewoon om bevelen op te volgen en opdrachten uit te voeren, maar ze leven niet meer in de XXste eeuw ! Ze kunnen deze opdrachten, in deze omstandigheden niet op lange termijn blijven uitvoeren.

 De politieke macht heeft, door transitie –of strategische plannen constant de capaciteiten van Defensie verminderd en de ambitieniveaus verlaagd. Onze Chefs moeten hen er aan herinneren dat deze verminderingen er ook toe leidden dat dit type van interventie beperkt uitvoerbaar is in de tijd. Dat is de verantwoordelijkheid van de Chef ! Wij, militairen leven in een wereld van Respect, wij respecteren de regels en wensen ook gerespecteerd te worden. De tijd van het Kanonnenvoer, het beeld van de « gamellefretter » en het niet-communiceren is volledig voorbij.

Het is waar dat we in onze job veel met geweld worden geconfronteerd, het iso ok waar dat we er voor opgeleid en geoefend worden om dit te ondergaan maar we doen dit voor ons land. Vandaag zijn we de verdedigers van de Vrede op wereldniveau geworden en blijven we de Natie dienen telkens wanneer ze ons nodig heeft : vandaag is het de straten voor de veiligheid, gisteren waren het de overstromingen om mensen te redden en komen we regelmatig tussen  wanneer Provinciale noodplannen worden geactiveerd om de schade te beperken. Dat verdient Respect.

PROdef.be is van mening dat een evenwicht moet gevonden worden over de aanwezigheid van onze militairen in onze straten of de inzet mag gesteld worden.

 Onze argumenten in 4 punten :

 1)   de  algemene veiligheidssituatie is terug min of meer normaal geworden, de politie moet terug zijn rol spelen. De militair is geen politieagent. Geen enkel amalgaam mag op dit domein gemaakt worden. De miltair heeft niet dezelfde prerogatieven en zeker niet dezelfde vergoedingen.

2)   De militair moet zich blijven trainen om zijn corebusiness uit te voeren.

3)   Een zekere slijtage op de aanwezigheid van militairen in de straten wordt meer en meer rëeel. Er ontstaat een zekere frustratie bij de politie. De bevolking heeft de neiging de politie te verfoeien ten voordele van de militairen. Latente criminaliteit begint zich te laten voelen. De militair zelf begint te lijden onder dit regime, hij wordt beter omkaderd tijdens operaties dan in onze straten !

4)   Politieke onduidelijkheid : de minister van Defensie denkt er aan om de wachten aan de kwartieren te privatiseren omdat hij niet genoeg manschappen heeft maar laat de militairen wel wacht lopen voor de ambassades en in de straten !

 PROdef.be vraagt aan de politieke machthebbers om de massale aanwezigheid van militairen in onze straten te herzien gezien dit op korte termijn contraproductief wordt voor iedereen en vraagt aan de militaire overheid beter en vaker te communiceren

 PROdef.be stelt de  noodzaak van de aanwezigheid van militairen in de straten zeker niet in vraag maar wil er aan te herinneren dat het welzijn van de militairen  een belangrijke rol speelt in het welslagen van de opdracht. In dit bijzondere geval heeft de Generale Staf bitter weinig gedaan voor het comfort van onze militairen. De lekken in de media bewijzen dit. Dit moet herbekeken worden, vergissingen zijn er om hersteld te worden.

Veel belangrijker echter  wenst PROdef.be dat de minister zich duidelijk positionneert en communiceert omtrend het mandaat van de militairen tijdens hun opdrachten in de straten. De basismilitair moet de risico’s van zijn opdracht en de limieten kennen waarbij hij kan tussenkomen. PROdef.be kan niet aanvaarden dat men militairen in opdracht stuurt en dat, als ze gebruik maken van hun macht of hun wapen, regels en wetten tegen hen worden gebruikt of,dat ze berecht zouden worden voor burgertribunalen. Rwanda, neen bedankt !

 

---

Gelieve dit nieuwsbrief een maximum te willen verspreiden